We hebben een aantal belangrijke regels hieronder weergegeven. Kijk voor uitgebreide informatie op onze Kinderopvangtoeslag kennisbank.
Het aantal uren dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt voor werkende en/ of studerende ouders, wordt als volgt bepaald:
- •Om in aanmerking te komen voor kinderopvangtoeslag moet worden voldaan aan de arbeidseis. Hiermee wordt bedoeld dat de ouder en zijn partner arbeid moeten hebben verricht en/ of een erkende studie volgen.
- •Het aantal uren dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt, is afhankelijk van het aantal maanden waarin de ouder of partner arbeid heeft verricht.
- •Daarbij wordt uitgegaan van het aantal gewerkte maanden van de minst werkende ouder.
- •Per kalendermaand waarin de ouder of partner arbeid heeft verricht, kan er aanspraak worden gemaakt op ten hoogste 230 uren kinderopvangtoeslag. Indien een ouder en zijn partner 12 maanden hebben gewerkt kan aanspraak worden gemaakt op 2.760 uren (12 maanden x 230 uren per maand) kinderopvangtoeslag.
- •Daarbij geldt dat alleen daadwerkelijk afgenomen en betaalde uren voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komen. Ook geldt dat ouders voor alle afgenomen uren een eigen bijdrage dienen te betalen.
- •Indien een ouder of zijn partner werkloos wordt, behoudt de ouder nog gedurende drie kalendermaanden aanspraak op kinderopvangtoeslag voor ten hoogste 230 uren per kalendermaand.
Klik HIER voor meer Kinderopvangtoeslag informatie.